Water en bodem sturend in de ruimtelijke planvorming. De Kamerbrief van november 2022 en de Maatlat groene klimaatadaptieve gebouwde omgeving, die kort daarop volgde, deden een sfeer van euforie ontstaan en de roep om door te pakken. Maar moet je dat vervolgens vastleggen in harde criteria en normen of moet het een vast uitgangspunt zijn bij ruimtelijke visievorming, planvorming en gebiedsontwikkeling?

Met één zinnetje in het regeerakkoord van Rutte IV – ‘water en bodem worden sturend in de ruimtelijke planvorming’ – gevolgd door de Kamerbrief Water en bodem sturend uit november 2022 ging de vlag uit bij water- en bodemdeskundigen, en bij iedereen, die met klimaatadaptatie bezig zijn. Eindelijk worden we gehoord en serieus genomen. Deze Kamerbrief en de Maatlat groene klimaatadaptieve gebouwde omgeving, die kort daarop volgde, deden een sfeer van euforie ontstaan en de roep om meer: nu doorpakken. Doorpakken betekent ook wettelijk verankeren.

De vraag is of dezelfde euforie zichtbaar is in de dagelijkse praktijk van ruimtelijke visievorming, planvorming en gebiedsontwikkeling. De wens om dit wettelijk te verankeren, met harde normen et cetera roept scepsis op bij ruimtelijke ordenaars. ‘We moeten al aan zoveel voldoen, nu ook dit nog! Gun ons afwegingsruimte die nodig is in het maatwerk dat gebiedsontwikkeling is’.

We hebben de sectorspecialisten hard nodig bij de realisatie van de opgaven waar we voor staan

De gevraagde aandacht voor onze natuurlijke onderlegger, het bodem- en watersysteem en de diensten en kwaliteiten die dit levert, is uitstekend. We moeten onze ruimtelijke investeringen daar beter op afstemmen. Dat hoort een ongeschreven beroepscode te zijn voor mensen werkzaam in het ruimtelijk domein. Maar er moet nog zoveel meer in de beperkte ruimte, die we beschikbaar hebben. Te veel verplichtingen vanuit sectorbeleid helpen ons niet verder.

Echter, we hebben die sectorspecialisten hard nodig bij de realisatie van de opgaven waar we voor staan. Dus is het verstandig om samen vorm en inhoud te geven aan water en bodem sturend in de ruimtelijke planvorming. In trainingen en werksessies probeer ik sectorspecialisten de volgende punten mee te geven om een stevige speler te zijn en te blijven in ruimtelijke planprocessen:

1. Dit is een ruimtelijke ordeningsopgave; het gaat om de verdeling van schaarse ruimte in de boven- en ondergrond bij een groeiende aantal claims op de ruimte. Weet daarom: geen enkele sectorale claim is bij voorbaat sturend!

2. Jouw kracht is je (vak)kennis; dat is waarom je verschilt van anderen en interessant bent voor ruimtelijke planvormers. Je hebt kennis, die van wezenlijke betekenis is voor de opgaven die er zijn. Een goed verhaal in de vorm van een (stad)landschapsgenese is een mooie binnenkomer.

3. Weet je plek in het geheel; de uitdaging is ‘kwaliteit van de leefomgeving realiseren voor nu, straks en later’. Wees je daarvan bewust en stel je steeds de vraag: hoe kan ik daarbij helpen? En realiseer je, dat je niet de enige bent die hulp moet bieden.

4. Investeer in kennissen; je moet een netwerk hebben om goed mee te kunnen doen. Mensen in de beleidswereld, je management, je achterban, je vakgenoten elders; die heb je allemaal nodig. Ze komen niet als vanzelf naar jou. Je moet er zelf op af (en koffiedrinken).

5. Leer het proces te overzien; waar zit men in een traject? Wat volgt nog? Wie doen er mee? Hoe lopen de hazen en waar zitten de ratten? Wie heb je nog meer nodig? Wat heb je wanneer te bieden? Hoe zit het met onderhoud en beheer?

6. Blijf aan tafel; aan een keer meepraten of inbreng hebben, heb je niets. Het zijn (jaren)lange trajecten waar je aan boord moet blijven om te kunnen inspelen op de actualiteit. Leg nooit al je kaarten tegelijk op tafel. Groei mee, stel voor om dingen uit te zoeken of te verkennen, agendeer gerelateerde punten voorzien van een hulpaanbod.

Het is verstandig om samen vorm en inhoud te geven aan water en bodem sturend in de ruimtelijke planvorming

Het College van Rijksadviseurs (CRA) kwam recent met een Praktijkgids voor een ontwerpende aanpak onder de titel Water en bodem sturend, hoe dan?. Ook die bevat zes aanbevelingen maar dan toegespitst op een ontwerpende aanpak. De experts krijgen wel een plek (onder meer in de vorm van expertsessies), maar het blijft toch echt het feestje van de ruimtelijke ontwerpers. Een stevige verankering van sectorspecialisten bijvoorbeeld in de vorm van een ‘water- en bodemcoördinator’ in het planteam had als zevende aanbeveling niet misstaan.

Om succesvol te zijn moet de liefde van twee kanten komen.

Dit blog verscheen op 13 december 2023 in ROmagazine